• Home Slideshow Header 1

    WILLEM VAN DEN BRINK

    "Je merkt dat je in essentie altijd een vormer van beelden bent geweest”

 

“Het concept van het beeld ontstaat in je hoofd en dit concept probeer je vast te leggen in wat ruwe schetsen en vervolgens kies je een bruikbare steen. Daarna, als het materiaal erom vraagt en op basis van de mogelijkheden van de steen, kunnen de vormen worden gemaakt. Tijdens het werken ontwikkelt de vorm zich verder, omdat het denken tijdens het werk nooit stil staat. Eigenlijk is daar niet aan te ontkomen op het moment dat je aan een steen begint. Je merkt dat je in essentie altijd een vormer van beelden bent geweest”.

Willem`s beelden spreken een eigen taal, de taal van de innerlijke verbeelding. Een verbeelding van meditatieve aard. Voorafgaand en tijdens het ambachtelijke werk aan de beelden van Willem groeien de vormen  op organische wijze. Aan de basis liggen ruwe schetsen, letterlijk ruwe grove lijnen op papier met wel steeds karakteristieke rondingen. Scherpe strakke lijnen en hoeken blijven dan ook duidelijk en intuïtief  bewust  buiten beeld. Willem kenschetst  dit als oervormen. Modellen waaraan niet is te ontsnappen omdat deze een wezenlijk bestanddeel van de bij hem passende uitingswijze zijn. Goed beschouwd kan hij geen andere beelden scheppen dan hij feitelijk doet. Het hakken, kappen, beitelen, schuren en slijpen dwingt bijna als vanzelfsprekend  in eenzelfde modellerende richting.

In zijn  geest sluimeren thema´s, embryonale beginpunten van zaken die om vormgeven vragen. Vaak gebaseerd op herinnering, soms associatief geënt op actuele zaken die zich in zijn  geest vasthaken en de verbeelding prikkelen.

Zonder titel

Zonder titel

.... [... op sokkel, 40 cm hoog]
Tijdelijk bestaan

Tijdelijk bestaan

Een beeld waarin persoonlijke emotie rond de manifeste tijdelijkheid van het bestaan is verwerkt. [albast, 55 cm hoog]
Zonder titel

Zonder titel

[speksteen, 65 cm hoog]
Voor Jansje

Voor Jansje

Opgedragen aan `n onvoltooid leven, kort van duur, afgebroken door barbarij. [brons op sokkel, 50 cm hoog]
Hervonden Venus

Hervonden Venus

In den beginne was de vrouw. Willendorf hervonden op Lelystads bodem. [brons op sokkel, 40 cm hoog]
Zonder titel

Zonder titel

[speksteen, 35 cm hoog]
Zonder titel

Zonder titel

[speksteen, 30 cm lang]

 “Dertigduizend jaar geleden maakten mensen al beelden. Mijn beeldenmaken past in een ongelooflijk lange traditie. De traditie van het  scheppen van een nieuwe tastbare werkelijkheid. Het verleden inspireert, dat wil zeggen het roept bij mij op tot reactie op wat er voorheen is vormgegeven. Neem de Venus van Willendorf.  Een oervorm waarmee ik verwantschap voel. Dat kleine beeldje is zo´n tastbare werkelijkheid waarin je de verbeeldingskracht van de oorspronkelijke maker terugziet”.

“Voorwerpen, zaken zien, stimuleert het eigen brein. Belangrijk, want je bent je brein. Vanuit stromen gedachtenreeksen ga je bouwen, concentreer je je op vormen.  Wat je  stuurt zijn je grijze cellen  is mijn  vaste overtuiging. Thema´s haken in je geest. Vraag mij  niet waarom”

Als  iets hem heeft geraakt, vreet het zich vast in zijn bewustzijn. Dikwijls een enkel begrip, een woord dat blijft hangen. Het blijft hem  bezoeken en bezighouden.

“Neem een begrip als scheiding; te associëren met  afscheiding, een wand, een muur, muren, begrenzen, grenzen. Wat kan ik  er mee, waar brengt het je naar toe, waarop sluit het aan. Het blijft  knagen en zoekt zich een weg naar uiting.  Dat wil zeggen, naar mijn handen om er vorm aan te geven, om te maken, om het toe te voegen aan de werkelijkheid”.